Spring naar hoofd-inhoud

Meedoen

Wat fijn dat u ons wilt helpen!

Op deze pagina vragen wij uw hulp bij verschillende onderzoeken rondom de Friese taal en cultuur. Met enkele minuten van uw tijd kunt u onze onderzoekers al goed helpen.

De onderzoeken hieronder zijn ontwikkeld door wetenschappelijke medewerkers van de Fryske Akademy, of zijn tot stand gekomen onder hun toezicht. De resultaten worden gebruikt in onderzoeksprojecten die worden uitgevoerd in samenwerking met nationale en internationale kennisinstituten.

Bij de oproepen staat altijd een contactadres. Bij vragen over data, privacy en het verloop van het onderzoek kunt u de onderzoekers rechtstreeks benaderen. 


400 Friestaligen gezocht voor online experiment over onderbewuste vooroordelen

Associeert het brein positieve dingen met de Friese taal, of toch eerder met de Nederlandse taal? En hoe zit dat dan met negatieve dingen? Dr. Hielke Vriesendorp van de Fryske Akademy en de Universiteit Utrecht vraagt de hulp van 400 Friestaligen, binnen en buiten de provincie Friesland, en 400 niet-Friestaligen om dit te onderzoeken. 

Vriesendorp ontwikkelde een online experiment, dat de onderbewuste houdingen meet ten opzichte van het Fries en het Nederlands met behulp van een sorteertaak. De deelnemer krijgt plaatjes en woorden te zien die positief of negatief zijn, en woorden die Fries of Nederlands zijn. De koppeling tussen de plaatjes en woorden kan laten zien of het brein onderbewust Fries of Nederlands meer met positieve (of juist negatieve) dingen associeert, en laat daarmee onderbewuste vooroordelen zien.

Het experiment duurt ongeveer 10-15 minuten en aan het eind van het onderzoek krijgt elke deelnemer de eigen resultaten te zien, waarmee een inschatting gemaakt kan worden van de eigen onbewuste voorkeur. Vriesendorp hoopt op zoveel mogelijk deelnemers, om daarmee een vollediger inzicht te krijgen in de vooroordelen over het Fries en het Nederlands, zowel bij Friezen en Friestaligen zelf als niet-Friezen en niet-Friestaligen.

 

Meidwaan


Contact

Voor vragen over dit onderzoek kunt u e-mailen met dr. Hielke Vriesendorp.